PHIL PARISOT - INVENTIONS

Artiest info
Website
 
Label : OA2 Rec.
Distr. : New Art Int.

Na “Lingo” en “Creekside ”is “Inventions” het derde album van drummer/componist Phil Parisot, allen op het OA2 label. Phil afkomstig uit Seattle begon professioneel te spelen op zijn 15de, terwijl hij studeerde aan de Garfield High School speelde hij al op het Lincoln Center, het North Sea Festival en het Montreux Jazz Festival ! Daarna ging hij naar de William Paderson University waar hij les kreeg van o.a. James Williamson en Harold Mabern, privé lessen kreeg hij van drummers als Joe LeBarbera, Bill Goodwill, Carl Allen en Rashied Ali. Al meer dan 20 jaar is hij een van de belangrijkste steunpilaren van de befaamde Jazzscene van Seattle, hij speelde in alle belangrijke clubs, festivals en andere gelegenheden. En hij gaf les aan het Cornish College of the Arts, Central Washington University en de Seattle Drum School.

Het is tegenwoordig gebruikelijk dat er in de hedendaagse jazz invloeden uit veel verschillende muzikale stromingen een rol spelen, maar dat een jazzalbum geïnspireerd wordt door het leven en de muziek van Johann Sebastian Bach is toch wel heel uitzonderlijk. Volgens Parisot leiden vele wegen naar Bach, of het nu is door Bud Powell, Keith Jarrett of zelfs Albert Einstein, dat bracht hem ertoe om Bach’s compositorische benadering te onderzoeken en te gebruiken voor zijn eigen nummers op dit album. Hij noemt Bach de “musical scientist” uit Thüringen, door Beethoven benoemd als “de onsterfelijke God van de harmonie”.

Het zal allemaal wel waar zijn in de visie van Parisot maar ik hoor gewoon een uitstekend straight ahead post-bop album zonder enig spoor van barok muziek. Het zal de muze van Bach zijn die rond waart in de muziek. De groep die we horen bestaat uit Jared Hall op trompet, Steve Treseler op tenorsaxofoon, Dan Kramlich op piano, Michael Glynn op contrabas en natuurlijk Phil Paribot op drums en verantwoordelijk voor alle nummers. Met “From the Ancestors” gaat het album van start, inderdaad zoals gezegd als er een etiket geplakt moet worden op de muziek: pure post-bop en dat is geen vies woord, prima muziek. Een opzwepend ritme met eet stuwende ritmesectie en fraaie solo’s van de blazers en natuurlijk de nodige ruimte voor een straffe drumsolo. “Quill and Knife” speelt zich af in rustiger vaarwater, doordachte solo’s van piano, trompet en sax zorgen voor sfeerrijke muziek waarna het aangenaam luisteren is.

In “Apparatus” bereikt Jared stratosferische hoogten in zijn trompetsolo en ook Steve gaat er tegenaan voordat Phil met forse klappen laat horen wie de leider is van deze groep. Een puur muzikaal feest wordt ontketend in “Play it forward” pure swing met een knipoog naar New Orleans en natuurlijk de nodige rake klappen van Phil, heerlijk. Nog zo’n swinger is “Running, Leaping” hetgeen de titel al suggereert, hier is het vooral genieten van het vingervlugge spel van Kramlich, sneller dan een Formule I bolide glijden zijn vingers over de toetsen wat Hall en Treseler inspireert voor het nodige tegengas, alles ferm gestimuleerd door Phil op het slagwerk, alweer bingo ! Met het serene “Noble Calling” neemt deze fijne groep afscheid, Glynn krijgt hier ook de nodige ruimte om ons te laten genieten van zijn bassolo, mocht de muze van Bach hebben geleid tot de fraaie muziek op dit album dan mag Phil die vaker aanroepen.

Jan van Leersum.